Met de zomer voor de deur (alhoewel het nu toch best fris is) denk ik nog even terug aan een hele zachte winter. Antivries is niet echt nodig geweest, zullen we maar zeggen. Zelfs niet in een bekend wintersportland als Oostenrijk.
‘Hoe kom je hier nu weer op’, hoor ik je denken. Nou… Afgelopen winter ben ik op zoek gegaan naar Oostenrijkse wijn ter verbreding van mijn assortiment en verbazingwekkend genoeg zijn er wel wat verbanden te leggen tussen Oostenrijk, wijn en antivries…

De meeste mensen zullen Oostenrijk vooral kennen van de prachtige Alpen, sneeuw en wintersport. Sommige misschien ook van de wijnen met de opvallende capsule met de rood-witte Oostenrijkse vlag erop.
In dit zogenaamde ‘Cool Climate’ worden inderdaad ook hele mooie wijnen gemaakt. Grüner Veltliner voor witte wijn is veruit het meest bekend, maar ook minder bekende soorten zoals Welschriesling, Roter Veltliner en Gelber Muskateller kom je er tegen, zo ook Zweigelt en St. Laurent voor rode wijnen.
De Oostenrijkers maken eigenlijk al heel lang wijn, dit gaat zover terug als de Romeinse tijd. Nadat in de 19e eeuw de vernietigende druifluis overal in Europa had huisgehouden, waren ook in Oostenrijk vrijwel alle wijngaarden verwoest. Nieuwe aanplant van andere druivenrassen die beter tegen de druifluis bestand waren, deden de wijnproductie weer stijgen.
Ook in het buitenland, en dan met name Duitsland, groeide de populariteit van met name goedkope, zoete Oostenrijkse wijn. Door het koele klimaat was zoete wijn niet altijd even makkelijk te maken, en hier kwam ethyleenglycol om de hoek kijken.
In de jaren ‘80 van de vorige eeuw kwam de export van Oostenrijkse wijn bijna volledig stil te liggen, toen aan het licht kwam dat een aantal wijnboeren dit middel, beter bekend als antivries, gebruikten om hun wijn aan te zoeten… echt waar!
Sinds die tijd is er veel veranderd en zijn de regels voor het maken van wijn in Oostenrijk flink aangescherpt. Naast ingewikkeld zijn ze ook de strengste in Europa en vergelijkbaar met de verschillende categorieën zoals we die in Duitsland kennen.
Wijnen van de hoogste twee kwaliteitsaanduidingen, Qualitätswein en Prädikatswein, worden twee keer door de overheid gecontroleerd: een wijntechnische, chemische keuring, waarbij de samenstelling wordt beoordeeld én een proefcommissie, die een oordeel velt over de smaak.
Goedgekeurde wijnen krijgen een zogenaamd ‘staatliches Prüfungsnummer’, wat je ook weer terugvindt op die kenmerkende rood-witte capsule of dop. Hier kun je er dus zeker van zijn dat er geen gekke dingen in de wijn zullen zitten.
De antivries is verbannen, de winter is voorbij, wat rest zijn heerlijke frisse Oostenrijkse wijnen (dat zoete is er ook wel vanaf). Ideaal voor de vele heerlijke zomeravonden die we nog tegemoet gaan.
Proost en geniet van een zonnig weekend!
Friso