Een van de belangrijke fases in de wijnbouw is nu zo’n beetje achter de rug: de bloei. In deze fase (meestal tussen half mei en half juni) wordt de basis gelegd voor de nieuwe oogst. De bloei bepaalt het succes en de grootte van de oogst. In mijn eigen stadsoase was dit ook duidelijk te zien de laatste weken; heel veel ieniemienie-trosjes met kleine witte bloemetjes. Dit belooft een wereldoogst!
De bedoeling is dat deze bloemetjes worden bevrucht om uiteindelijk een druif te kunnen worden. Maar wat gebeurde er bij mij nu in de tuin? Heel veel bloemetjes lagen op bepaald moment op de grond! Dit kan niet goed zijn… En dat klopt, het wordt ‘Coulure’ genoemd.
Warm en droog weer met weinig wind zijn een vereiste voor een goede bloei. Nu zijn dit niet meteen de meest voorkomende eigenschappen van het Nederlandse weer. Koud en nat weer of harde wind zorgen ervoor dat de bloemetjes niet open gaan en zodoende niet bevrucht kunnen worden. De niet bevruchte bloemetjes verdrogen en vallen af. Exit wereldoogst…
Voor mij is dit natuurlijk niet zo’n halszaak. De druivenranken bij mij in de tuin zijn puur ter vermaak en vergroening, maar voor een wijnmaker kan dit toch serieuze problemen opleveren. Nog even los van minder vruchten (dus minder opbrengst) ontstaan er hierdoor ook onregelmatige druiventrossen die minder compact zijn dan normaal, waardoor ze veel gevoeliger zijn voor ziekten.
Wees gerust, van veel van mijn leveranciers heb ik begrepen dat het microklimaat in mijn achtertuin niet exemplarisch is voor de meer zuidelijke delen van Europa, en dat de vruchtzetting er bij hen veelbelovend uitziet!
Maar we zijn er nog niet. Iets wat lijkt op ‘Coulure’ is ‘Millerandage’, waarvan ik het idee heb dat dit bij mij in de tuin óók al aan de hand is. Bij deze ‘Millerandage’ hebben bevruchting en vruchtzetting juist wel plaatsgevonden, maar minder optimaal door een slechte kwaliteit stuifmeel. Hierdoor ontwikkelen de druiven zich niet goed en worden niet rijp. Er ontstaan onregelmatige trossen met geschikte en ongeschikte druiven.
Voor de wijnmaker vormen deze trossen een lastig probleem: de druiven zullen na de oogst met de hand geselecteerd moeten worden, want de groene en onrijpe druiven wil je niet in de wijn hebben.
Niet wanhopen nu, de wijnranken hebben vanaf de bloei gemiddeld nog zo’n honderd dagen de tijd (nodig) om de trossen te laten groeien. Dus in september zullen we zien wat er werkelijk van terecht is gekomen.
Tot die tijd stel ik voor om vooral zelf even de bloemetjes buiten te zetten en met een goed glas wijn te genieten van mooi weer en de aanstaande zomervakantie.
Fijn weekend en proost!
Friso